Schil de witte asperges en kook ze beetgaar in licht gezouten water.

Voeg 2 el fijne suiker toe.

Neem de witte asperges uit de ketel en kook vervolgens in hetzelfde kookvocht nu de groene asperges. (Groene asperges hoeven niet geschild te worden).

Laat deze uitlekken.

Laat de boter smelten en bak hierin de witte en groene asperges krokant.

Zet opzij en hou warm.

Schroei de coquilles aan in hete boter tot ze een mooi bruin korstje hebben.

Kruid af met peper en zout.

Haal de coquilles uit de pan en doe het sap van een limoen bij het braadvocht.

Hak ondertussen het noriblad fijn.

Je kan nu je bord dresseren:
Leg de witte en groene asperges kris kras op mekaar.

Verdeel hierover de coquilles.

Werk af met crispy boekweit, crumble van groene kruiden en nori.

Overgiet het geheel met de limoen-boter.